Het massale gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in onze omgeving (zowel onze binnen- als onze buitenomgeving) leidt tot een regelmatige blootstelling aan een stof of aan een cocktail van stoffen waarvan de onschadelijkheid, zowel voor het milieu als voor de menselijke gezondheid, vaak in twijfel wordt getrokken. Wanneer voor een bepaald gewasbeschermingsmiddel een dergelijk risico wetenschappelijk wordt vastgesteld, voorziet de wetgeving de toepassing van voorzorgsmaatregelen of van een verbod op de verkoop of het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel. Deze maatregelen zijn evenwel niet voldoende om een passend antwoord te bieden op de groeiende ongerustheid van de bevolking.
Via zijn wet betreffende de productnormen uit 1998 wilde het Belgisch Parlement deze reglementaire maatregelen aanvullen met een plan om te komen tot een doeltreffende vermindering van de risico's die in verband gebracht kunnen worden met het massale gebruik van pesticiden. Het Europees Parlement en de Raad van de EU hebben eveneens een dergelijk actieplan opgelegd aan de lidstaten, via de richtlijn uit 2009 voor een duurzaam gebruik van pesticiden.
Het federale reductieplan voor gewasbeschermingsmiddelen wordt toegepast aan de hand van opeenvolgende programma's. Op de volgende pagina's vindt u meer informatie over deze programma's:
Sinds 2013 wordt het federale plan nauwgezet overlegd met de plannen van de Gewesten. Al deze plannen worden verzameld in het nationale actieplan dat luistert naar de naam NAPAN (Nationaal Actie Plan d’Action National).