Op 29 juli wordt het koninklijk besluit van 8 juli 2019 van kracht om enerzijds de retributies voor bepaalde aanvragen van gewasbeschermingsmiddelen te verhogen, en om anderzijds de jaarlijkse bijdragen op de verkochte hoeveelheden voortaan te berekenen op basis van de nieuwe etiketteringsvoorschriften. Dit besluit werd eerder aangekondigd door middel van de persberichten van 30 maart 2018 en 4 december 2018.
Retributies (te betalen per aanvraag)
De verhoging van de retributies is van toepassing voor aanvragen ingediend vanaf 29 juli 2019. De datum van ontvangst is hierbij bepalend. Concreet worden volgende retributies aangepast :
- Aanvraag als zonale rapporterende lidstaat: verhoging van de retributie voor nieuwe producten of vernieuwingen van 15 000 naar 25 000 euro
- Wederzijdse erkenning voor nieuwe producten of vernieuwingen: verhoging van 3 000 naar 6 000 euro
- Wederzijdse erkenning voor een uitbreiding van het gebruik: verhoging van 1 500 naar 3 000 euro
- Verlenging van toelatingen waarbij evaluatie van verlengingsvoorwaarden vereist is: verhoging van 1 000 naar 3 000 euro
- Administratieve verlengingen (zonder evaluatie): een nieuwe retributie van 250 euro
- Wijziging toelatingshouder of handelsbenaming (ook voor parallelvergunningen): verhoging van 250 naar 500 euro
- Europees rapporteur voor een werkzame stof: verhoging van 150 000 naar 200 000 euro
- Europees co-rapporteur voor een werkzame stof: verhoging van 75 000 naar 100 000 euro
- Certificaat voor export: verhoging van 80 naar 250 euro
- Vergunningen voor parallelinvoer en verlengingen daarvan: verhoging van 1 000 naar 1 500 euro
Jaarlijkse bijdragen (te betalen per jaar)
De berekening van de jaarlijkse bijdragen is momenteel gebaseerd op
- de verkochte hoeveelheden (die jaarlijks worden opgegeven in toepassing van het KB van 28/02/1994) en
- de gevaarzinnen (R-zinnen) die voorzien zijn in de etikettering op de toelatingsakte van de gewasbeschermingsmiddelen en die worden geput uit de Europese richtlijn 99/45/EEG
Op deze manier is de jaarlijkse bijdrage groter naarmate er meer wordt verkocht en het product gevaarlijker is.
De richtlijn 99/45/EEG werd vervangen door Verordening 1272/2008, en daarin is niet langer sprake van R-zinnen. De berekening zal daarom voortaan gebaseerd zijn op het aantal gevarenpictogrammen. In de tabel hieronder wordt aangegeven voor hoeveel punten deze pictogrammen meetellen. Voor gewasbeschermingsmiddelen voor professioneel gebruik moet er per verkochte kg of L en per punt 4 eurocent worden betaald, voor middelen voor niet-professioneel gebruik bedraagt dat 21 eurocent. De huidige minimale jaarlijkse bijdragen van 300 respectievelijk 450 euro blijven ongewijzigd.
Gevarenpictogram |
Aantal punten |
|
---|---|---|
Middelen voor professioneel gebruik |
Middelen voor niet-professioneel gebruik |
|
|
1 |
2,4 |
|
1 |
2,4 |
|
1,5 |
2,4 |
|
1,5 |
Middelen met dit pictogram worden niet toegelaten voor niet-professioneel gebruik |
|
1 |
2,4 |
|
1,4 |
2,4 |
|
1 |
2,4 |
Basispunt (geen pictogram) |
1 |
0,1 |
De nieuwe berekeningswijze zal worden toegepast op de hoeveelheden die verkocht worden in 2020, met inning in 2021. De etikettering op 1/12/2019 dient daarvoor als basis. Voor de jaarlijkse bijdragen te betalen in 2020 (verkoop 2019) zal de vroegere berekeningswijze nog worden gehanteerd.