Codex Alimentarius

Op mondiaal niveau worden maximale residulimieten vastgesteld door de Codex Alimentarius Commissie (CAC), een internationaal orgaan dat in het begin van de jaren ’60 werd opgericht door de Voedsel-en Landbouworganisatie (FAO) en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) van de Verenigde Naties.

De CAC is echter geen regelgevende autoriteit; zij verleent geen toelatingen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en legt ook geen normen op. Een Codex MRL (CXL) voor een specifiek gewasbeschermingsmiddel in een bepaald levensmiddel of diervoeder is dus pas wettelijk bindend in een land, indien dit land de CXL heeft overgenomen in haar eigen wetgeving. Een CXL is dus vooral een internationale aanbeveling voor een globale MRL, met het oog op het elimineren van ongerechtvaardigde internationale handelsbarrières en het beschermen van de gezondheid van de consument.

Het vaststellen van een CXL gebeurt volgens een 8-stappenprocedure die verschillende discussie- en commentaarrondes, bijeenkomsten en beslissingen omvat. In dit proces worden Codex-lidstaten (waaronder de EU en België) nauw betrokken. De risicobeoordeling wordt uitgevoerd door het wetenschappelijke adviesorgaan JMPR (Joint FAO/WHO Meeting on Pesticide Residues), terwijl het Codex Comité Pesticideresiduen (CCPR) instaat voor het risicobeheer en aan besluitvoorbereiding doet.

In overeenstemming met internationale verdragen binnen de Wereldhandelsorganisatie (WTO) wordt bij het vastleggen van een EU MRL rekening gehouden met eventuele afwijkende landbouwpraktijken toegelaten buiten de EU en met een eventueel bestaande CXL, zodat een onnodige belemmering van de handel tussen derde landen en de EU kan worden vermeden.

Het dient te worden benadrukt dat de EU MRL, zoals vastgesteld onder Verordening 396/2005, steeds de wettelijk te respecteren norm blijft voor levensmiddelen en diervoeder aanwezig op de markt binnen de EU, zelfs wanneer de CXL zou verschillen van de EU MRL.