Producten op basis van fosfonaat

Het fosfonaat-anion HPO32- is de actieve molecule en is afkomstig van fosfonaat (HPO(OR)2). Fosfonaten worden op de markt gebracht onder verschillende benamingen: kaliumfosfonaat, dikaliumfosfonaat, monokaliumfosfiet, dinatriumfosfonaat, ... Het fosfonaat-ion (en/of het afgeleide zout) wordt soms verkeerdelijk ‘fosfiet’ genoemd.

De volgende informatie heeft betrekking op alle producten die kunnen leiden tot de aanwezigheid van het fosfonaat-ion in planten.

Verordening EU 1107/2009 inzake gewasbeschermingsmiddelen

Fosfonaat heeft als directe werking de inhibitie van Oömycetes-schimmels. Het wordt ook gebruikt als elicitor van het zelfverdedigingsmechanisme van de plant. Om deze reden zijn  dinatriumfosfonaat en kaliumfosfonaat (kaliumwaterstoffosfaat en dikaliumfosfonaat) goedgekeurd als werkzame stoffen in kader van Verordening 1107/2009 inzake Gewasbeschermingsmiddelen. Om op de markt te worden gebracht, moet voor de producten die deze werkzame stoffen bevatten een aanvraag worden ingediend bij de dienst Gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen.

Gewasbeschermingsmiddelen die kaliumfosfonaten of dinatriumfosfonaten bevatten als werkzame stof zijn reeds toegelaten in België. Een aanvraag tot toelating voor producten op basis van andere fosfonaten dan dinatriumfosfonaten of kaliumfosfonaten, is enkel mogelijk na toelating van de stof in kwestie als werkzame stof in de context van verordening 1107/2009.

Fosfonaat en de meststoffen reglementeringen

Fosfonaat (HPO32-) kan, in tegenstelling tot fosfaat (PO43-), door de plant niet gebruikt worden als voedingsbron van fosfor. Bovendien kan de plant fosfonaat (HPO32-) niet oxideren tot fosfaat (PO43-). Om deze reden kan fosfonaat niet beschouwd worden als een voedingsstof en kan het niet vallen onder verordening (EG) n° 2003/2003 inzake meststoffen of onder het Koninklijk besluit ‘meststoffen’ van 28/01/2013.

In december 2011 heeft een Spaans bedrijf voorgesteld om kaliumfosfonaat op te nemen in bijlage I van verordening (EG) n° 2003/2003 inzake meststoffen. De Fertilisers Working Group, een werkgroep met de lidstaten en de commissie, weigerde het op te nemen vanwege het gebrek aan een nutritief effect van de stof.

Dit standpunt werd bevestigd door de Europese Commissie in hun nota van 13 januari 2015 aan de lidstaten. Deze nota volgde op de communicatie van 1 september 2014 van de Commissie die gericht was aan de stakeholders.

Fosfonaten, fosetyl & MRL’s

Het gebruik van producten die fosfonaten bevatten op gewassen kan leiden tot de aanwezigheid van residuen op de geoogste plantaardige producten. Via Verordening EG 396/2005 zijn maximale residulimieten (MRL) vastgesteld voor fosetyl(-aluminium). De fosfonaten (zouten van fosfonzuur) vallen onder de residudefinitie voor fosetyl(-aluminium).

De aanwezigheid van fosfonaten (analytisch bepaald als fosfonzuur) in plantaardige producten is dus een indicatie dat fosetyl(-Al) en/of fosfonaten zijn gebruikt. Het FAVV voert regelmatig controles uit op het respecteren van de MRLs.

Conclusie

Elk product dat fosfonaat bevat, valt onder het toepassingsgebied van Verordening 1107/2009 inzake gewasbeschermingsmiddelen. Een meststof die fosfonaat bevat, wordt beschouwd als niet-conform met de Verordening EG 2003/2003 en het koninklijk besluit van 28/01/2013 inzake meststoffen.

Het gebruik van meststoffen die fosfonaat bevatten kan leiden tot de aanwezigheid van residuen die de maximale residulimieten overschrijden.