De toelatingsprocedure in een notendop

Gewasbeschermingsmiddelen mogen enkel op de markt komen en dus gebruikt worden als ze toegelaten zijn.

De toelating gebeurt in 2 stappen:

  1. Alle actieve bestanddelen (of werkzame stoffen) moeten goedgekeurd worden op Europees niveau. Tijdens deze goedkeuringsprocedure wordt beoordeeld of het gebruik van die werkzame stof geen onaanvaardbare risico’s inhoudt voor mens, dier en milieu. Dit gebeurt op basis van een dossier met wetenschappelijke studies.
    Goedgekeurde werkzame stoffen komen op een Europese lijst terecht: enkel stoffen in deze lijst mogen gebruikt worden in gewasbeschermingsmiddelen.
  2. Enkel gewasbeschermingsmiddelen met een goedgekeurde werkzame stof kunnen worden toegelaten. Deze middelen worden geëvalueerd op nationaal niveau (per EU lidstaat). In België wordt de beslissing over de toelating van een middel genomen op advies van het Erkenningscomité (zie hieronder). De procedure is geharmoniseerd: er is een lidstaat die het dossier van het middel in detail beoordeelt. Andere lidstaten becommentariëren dan weer deze evaluatie om tot een akkoord te komen. Na akkoord kan een middel op de markt komen in de overeenkomstige lidstaten.

Werkzame stoffen en gewasbeschermingsmiddelen worden periodiek opnieuw geëvalueerd. Dit gebeurt in principe 10 jaar na de eerste goedkeuring, en vervolgens om de 15 jaar na vernieuwing van de goedkeuring. Een vernieuwing gebeurt vaak op basis van aangepaste wetgeving en dus vaak strengere vereisten. Dit verzekert dat evaluaties up-to-date blijven en toegelaten middelen voldoen aan de huidige normen.

De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) heeft een interactieve webpagina samengesteld om te visualiseren hoe het veilig zijn van toegelaten gewasbeschermingsmiddelen wordt verzekerd.

Lees hier meer over de gedetailleerde aanvraag- en toelatingsprocedure in België.

Waarom aparte toelating voor professioneel en niet-professioneel gebruik?

Niet-professionele gebruikers mogen enkel beschikken over gewasbeschermingsmiddelen in een aangepaste verpakking, voorzien van een aangepast etiket. Deze middelen kunnen door hem of haar veilig worden gebruikt.

Professionele gebruikers beschikken over bijkomende gewasbeschermingsmiddelen (voor professioneel gebruik) omdat zij een betere opleiding en kennis hebben van de goede praktijk voor het toepassen. Zij beschikken ook over een uitgebreider gamma aan toepassingsapparatuur en beschermende kledij. Dit laat hen toe alle maatregelen te treffen die nodig zijn om ook de gewasbeschermingsmiddelen voor professioneel gebruik op een veilige manier te gebruiken.

Erkenningscomité

Het Erkenningscomité beslist over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen op nationaal niveau. Dit comité wordt opgericht bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (FOD VVVL). Het bestaat uit 12 leden die benoemd worden door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft:

  • 3 deskundigen van het DG Dier, Plant en Voeding van de FOD VVVL,
  • 1 deskundige van het DG Leefmilieu van de FOD VVVL,
  • 3 deskundigen van Sciensano,
  • 1 deskundige van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV),
  • 1 deskundige van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg en
  • telkens 1 deskundige voor elk Gewest.

Het Erkenningscomité kan altijd een beroep doen op de medewerking van andere bekwame personen. Zo nemen bijvoorbeeld de deskundigen die de dossiers technisch beoordelen ook deel aan de vergaderingen.