In Frankrijk werd eind 2018 melding gemaakt van een reeks incidenten naar aanleiding van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op basis van metam. Als grondontsmettingsmiddel wordt het gebruikt aan relatief grote hoeveelheden per hectare. Bij contact met bodemvocht wordt metam omgezet tot het gas MITC (methylisothiocyanaat), dat de eigenlijke werking uitoefent. De Franse overheden hebben het middel verboden na her-evaluatie van de beschikbare gegevens. In België werden daarentegen strenge voorwaarden opgelegd, waardoor middelen op basis van metam veilig kunnen worden verder gebruikt. Bovendien kon door deze toelating het gebruik van andere bodemontsmettingsmiddelen zoals chloorpicrine en 1,3-dichloorpropeen worden vermeden. Hieronder wordt meer in detail ingegaan op een aantal vragen:
- Wat is er in Frankrijk gebeurd?
- Wat is de stand van zaken van metam op Europees niveau?
- Wat is de stand van zaken van metam in België?
- Wat zijn de Belgische gebruiksvoorwaarden?
- Wie mag middelen voor bodemontsmetting op basis van metam gebruiken?
- Waarom werden de toelatingen voor metam in België niet ingetrokken en in Frankrijk wel?
- Is er in een duurzame landbouw wel plaats voor het gebruik van metam of van andere bodemontsmettingsmiddelen?
- Is metam niet mutageen, kankerverwekkend of reprotoxisch?
1. Wat is er in Frankrijk gebeurd?#
In oktober 2018 werden tientallen mensen vergiftigd doordat ze MITC dampen hadden ingeademd. Zeventien van hen werden gedurende enkele uren opgenomen in het ziekenhuis. Metam-natrium heeft een irriterend en corrosief effect op de huid, de luchtwegen en de ogen, en maakt die ook overgevoelig. Een gasreuk werd waargenomen, gevolgd door prikkelingen in de keel en zwelling van de ogen. In totaal werden in enkele dagen tijd meer dan 70 getroffen personen geteld.
De gebeurtenissen zouden te wijten zijn aan een verkeerd gebruik van een product op basis van metam-natrium, want de Franse overheid heeft gewezen op de niet-naleving van de gebruiksaanbevelingen, “en bovendien waren de weersomstandigheden uitzonderlijk, waardoor de bodem te droog en te warm was voor een risicovrije toepassing van het product”. In België hebben we geen klachten gehoord zoals die in Frankrijk.
2. Wat is de stand van zaken van metam op Europees niveau?#
De werkzame stof metam is goedgekeurd in de Europese Unie. Hoewel ze vroeger verboden was, werd deze stof opnieuw goedgekeurd na een positieve evaluatie. Na deze goedkeuring werden producten op basis van metam toegelaten in 15 EU-staten.
Aangezien de goedkeuring beperkt is in de tijd, zoals voor alle werkzame stoffen, moeten de kennisgevers van metam ten laatste op 30/06/2019 een vernieuwingsaanvraag indienen om de bevoegde overheden in staat te stellen het dossier voor de werkzame stof opnieuw te evalueren, vanaf 30/12/2019.
3. Wat is de stand van zaken van metam in België?#
In België werden drie producten op basis van metam (Solasan, Terrasan en Tamifume 690 SL) toegelaten na een positieve evaluatie waaruit bleek dat het gebruik ervan veilig is voor de consument, de gebruikers, de werknemers, voorbijgangers en omwonenden, op voorwaarde dat bepaalde regels worden nageleefd om specifieke risico’s te verminderen en op voorwaarde dat de goede landbouwpraktijk wordt toegepast (bijvoorbeeld bufferzones die niet met metam zijn behandeld). Deze maatregelen om de risico’s te verminderen worden hieronder opgesomd (alsook op de toelatingen, zie de link per product). Zij zijn allemaal gebaseerd op wetenschappelijke elementen en werden opgelegd om te maken dat het gebruik veilig is voor het milieu en voor de menselijke gezondheid.
4. Wat zijn de Belgische gebruiksvoorwaarden?#
De toelatingen voor producten op basis van metam werden in 2017 in België herzien en een aantal risicobeperkende maatregelen werden ingevoerd om zoveel mogelijk te vermijden dat MITC-gassen (afbraakproduct van metam) afdrijven door het gebruik van metam. Deze maatregelen werden opgelegd in de toelatingsakten, met bijvoorbeeld de volgende regels:
- Indien de toepassing gebeurt door injectie in de bodem en indien de behandelde oppervlakte kleiner dan of gelijk is aan 3 ha, dan moet een bufferzone van 20 m worden gerespecteerd ten aanzien van woningen en werkplaatsen.
- Indien de toepassing gebeurt door injectie in de bodem en indien de behandelde oppervlakte groter is dan 3 ha (zonder groter te zijn dan 5 ha), dan moet een bufferzone van 30 m worden gerespecteerd ten aanzien van woningen en werkplaatsen.
- Indien de toepassing gebeurt door druppelirrigatie en op een behandelde oppervlakte van maximum 6400 m², dan moet een bufferzone van 30 m worden gerespecteerd ten aanzien van woningen en werkplaatsen.
Bovendien:
- Deze producten mogen niet worden toegepast bij bodemtemperaturen onder de 10°C en boven de 20°C.
- De toepassing moet gebeuren in vochtige, fijnkorrelige, goed omgespitte bodem die vrij is van niet-ontbonden plantenafval.
- Het afdekken van de bodem met een gasdichte film (TIF = Totally Impermeable Film, de in de landbouw hoogst gekende standaard voor bodembedekking) is verplicht voor de beide types van toepassingen. Deze afdekking moet gedurende 42 dagen na de toepassing gehandhaafd worden bij gebruik in open lucht, en gedurende 14 dagen na de toepassing onder bescherming.
- Bij toepassing in een serre, die vrij is van planten en dieren, moet de serre hermetisch worden afgesloten.
- Een sperzone van 5 m rondom de behandelde oppervlakte of serre moet gedurende 14 dagen na de toepassing van het product worden gerespecteerd : het betreden is verboden en er moeten waarschuwingsborden worden geplaatst.
Om veilig gebruik te garanderen werd er eveneens opgelegd dat deze producten enkel toegankelijk zijn voor speciaal opgeleide gebruikers die hebben aangetoond dat ze kennis hebben van de na te leven maatregelen tot vermindering van de risico’s.
De combinatie van bovenstaande zeer strenge maatregelen tot vermindering van de risico’s met een goede etikettering van de producten, met inbegrip van het verplicht dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen en de beperking van het gebruik tot opgeleide professionele gebruikers (met bovendien de verplichting om een gespecialiseerde fytolicentie te hebben van het type “Ps”), vermindert het risico tot een aanvaardbaar niveau.
5. Wie mag middelen voor bodemontsmetting op basis van metam gebruiken?#
Het is van groot belang erop te wijzen dat het product enkel mag worden gebruikt door professionele gebruikers die houder zijn van een Ps-fytolicentie “Specifiek professioneel gebruik” die hen toestaat met deze werkzame stof te werken. Een Ps-fytolicentie is een fytolicentie die vereist is om te mogen werken met werkzame stoffen die een verhoogd risico vertonen. Zij is specifiek voor elke werkzame stof en wordt slechts afgeleverd nadat de gebruiker is geslaagd voor een examen waaruit blijkt dat de houder van de fytolicentie het product in alle veiligheid kan gebruiken.
6. Waarom werden de toelatingen voor metam in België niet ingetrokken en in Frankrijk wel?#
De Franse overheid heeft ervoor gekozen om de toelatingen in te trekken na een nieuwe evaluatie ingevolge de herziening van de stof op Europees niveau.
Rekening houdend met de gunstige beslissing van de Europese overheden met betrekking tot de goedkeuring van de stof in de Europese Unie, en met de gunstige beslissing van het Belgisch Erkenningscomité om de producten op de Belgische markt te behouden (mits naleving van de hoger opgesomde strenge maatregelen) is er geen enkele reden om deze producten van de Belgische markt te halen, aangezien ze voldoen aan alle criteria om te worden toegelaten.
7. Is er in een duurzame landbouw wel plaats voor het gebruik van metam of van andere bodemontsmettingsmiddelen?#
In België zijn de Gewesten bevoegd om eventuele alternatieven te overwegen of om het gebruik van deze werkzame stof te vervangen door andere fytosanitaire bestrijdingsmethoden. Aangezien de Gewesten worden geraadpleegd bij de toekenning van de toelatingen, werd er nagegaan of het gebruik van metam beantwoordt aan de reële noden van de landbouwsector.
Dankzij de toelating van metam voor bodemontsmetting kon voorkomen worden dat voor twee andere werkzame stoffen opnieuw noodtoelatingen moesten worden toegekend, te weten 1,3-dichlorpropeen en chloorpicrine. Deze noodtoelatingen uit het verleden bevestigen de nood aan ontsmettingsmiddelen voor de bodem.
8. Is metam niet mutageen, kankerverwekkend of reprotoxisch?#
Metam is geen mutageen, noch een waarschijnlijk kankerverwekkende stof, noch een waarschijnlijk reprotoxische stof, anders zou deze stof niet meer op Europees niveau toegelaten zijn.